Dat "er wat aan doen" is vaak niet zo succesvol. Er zijn vaak onbedoelde bijverschijnselen (burgers vertonen strategisch gedrag zeggen we dan, door de hypotheekrenteaftrek gingen we ons suf lenen. elke aftrekpost of subsidie lijdt hieraan). Soms maken we het probleem door de ingreep zelfs groter (denk bijvoorbeeld aan de oplossing meer asfalt tegen files, die leidt tot meer in plaats van minder files). Of we maken enorme kosten terwijl het probleem zich helemaal niet voordoet (denk aan al die weggegooide griepvaccinaties). Er lijkt ook een risico-regelreflex in het publieke domein op te treden: elk dood kindje leidt tot een nieuwe stroom aan controle en verantwoordingsprotocollen, (waardoor de professionals meer tijd kwijt zijn aan papierwerk dan aan kindjes en de kans op een dood kindje weer groter wordt.) De reacties worden cynischer en wanhopiger: er is toch niets aan te doen of "ze"doen het ook nooit goed, de politiek deugt niet. Er zijn echter ook nieuwe geluiden: complexiteit is misschien wel niet het probleem, maar een kans.
Wat hebben complexe systemen met elkaar gemeen?
Allereerst is complex niet hetzelfde als moeilijk. Het weer in elkaar zetten van je zwitserse horloge of het bouwen van een straaljager is moeilijk, maar daarom nog niet complex. Complex betekent dat de delen van het systeem sterk met elkaar samenhangen en op elkaar reageren. Ze zijn over het algemeen niet in evenwicht of stabiel, maar zijn voortdurend aan verandering onderhevig. Ze reageren op de omgeving, wisselen daarmee uit. En de reacties zijn niet lineair. Dat wil zeggen dat soms hele kleine veranderingen hele grote gevolgen kunnen hebben (denk maar aan die beroemde vlindervleugelslag in China die voor een orkaan zorgt in Zuid- Amerika. dat maakt voorspellen van toekomstig gedrag erg lastig. je kunt immers niet alle vlinders in de gaten houden. Verder kun je door het bestuderen van het gedrag van de afzonderlijk elementen niet het gedrag van het geheel voorspellen: er ontstaan gevolgen die meer zijn dan de som der delen. Dat wordt met een duur woord emergentie genoemd. Je kunt door naar het gedrag van de individuele automobilist te kijken niet de files voorspellen. Verder is er een tijdselement, in de loop van de tijd "leren" de elementen iets door de interactie met elkaar en met de omgeving, daardoor gaan ze anticiperen, ze passen hun gedrag aan. Dat maakt dat het gedrag van een complex systeem weer invloed heeft op het gedrag van datzelfde systeem. Dat wordt wel autopoiese genoemd. Complexe systemen hebben dus altijd een specifieke geschiedenis die een rol speelt in hun gedrag. Verder kennen ze zelforganisatie: die spreeuwen worden niet door de hoofdspreeuw van opdrachten voorzien voordat ze uitvliegen. Ze houden zich ieder aan een paar simpele regels (zie bijvoorbeeld mijn blog ) en vertonen daardoor samen complex georganiseerd gedrag.
Wat kun je leren door complexiteit te zien en te accepteren? Een paar voorzetten:
Ten eerste dat we eigenlijk heel erg weinig weten: voorspellen is "a helluva job", vooral als het over de toekomst gaat. Neemt u voor de aardigheid de voorspellingen va 10 jaar geleden over nu eens door. Crisis? Nooit van gehoord. Om maar wat te noemen. Of bekijk de afdelingsplannen van 2 jaar geleden nog eens. Need I say more? De enige zinnige reden om dat soort voorspellingen en plannen te maken is dat ze ons een goed gevoel geven, een gevoel van zekerheid. Als we maar niet gaan denken dat ze waar zijn of worden.
Ten tweede houd rekening met het onbekende onbekende. Er zijn altijd effecten van een ingreep buiten het terrein van die ingreep. Dat betekent van tevoren daar veel meer aandacht aan geven ("anything that can go wrong will go wrong", je kunt niet alle vlinders waarnemen). Organiseer simulaties en proeftuinen in zo levensecht mogelijke omstandigheden om maatregelen uit te testen. Binnenlandse Zaken nodigde bijvoorbeeld hackers uit om te kijken of ze de beveiligde systemen van de overheid konden kraken. En incalculeren dat je altijd een aantal effecten niet hebt (kunnen) voorzien. Maak een reset mogelijkheid, maak ingrepen tijdelijk, zodat je ze weer af kunt schaffen als de bijeffecten te vervelend worden, of dat je bij kunt sturen.
Ten derde als je uitgaat van die samenhang en interactie, wat is er dan aan kansen? Bijvoorbeeld bij die griepprik. In plaats van eerst de babies en de bejaarden in te enten, zou je eerst de mensen in kunnen enten die de meeste contacten onderhouden: buschauffeurs, baliemedewerkers, verpleegsters, etc. En laat mensen allemaal thuis werken in plaats van forensen, dat heeft meer effect op de verspreiding. Of kun je meer vraagstukken aan elkaar verbinden. Kan je in het bejaardentehuis een mensa en een buurtcafé maken? Je hoeft niet het gedrag van alle individuen in de groep te veranderen om het gedrag van de groep, van het systeem als geheel te veranderen. Als we maar 10% van de auto's met een adaptive cruiscontrol uitrusten blijken we 30% meer ruimte te creeëren op de weg: weg fileprobleem.
Ten vierde vertrouw meer op zelforganisatie. Laat professionals doen waar ze goed in zijn en schrijf hen niet voortdurend nieuwe regels voor en dwing hen niet meer papierwerk te doen. De onderwijzeres van het jaar verzuchtte dat zij zo veel tijd kwijt was aan papieren invullen over wat zij gedaan had en plannen maken over wat ze ging doen, dat ze niet goed toekwam aan het voorbereiden van haar lessen. In Nederland is tot nu toe alleen in Drachten het concept van shared space ingevoerd. Alle borden en verkeersaanwijzingen weg met als resultaat dat het er veiliger is en het verkeer er sneller doorstroomt. Zelforganisatie is iets anders dan domweg laissez-faire.Het overheidsingrijpen bestaat uit grenzen aangeven, ruimtes maken, condities creeëren, faciliteiten scheppen waarbinnen burgers, ondernemers, professionals hun beste weten kunnen inzetten.
Lees meer in "Ophouden met oplossen. Publieke kansen in complexiteit"
Luister naar: het programma in de Balie met Roland Kupers